Voor zover wij kunnen nagaan dienen op alle essentiële onderdelen van een wapen de nummers te worden vermeld. De CWM zegt hierover:
1.2.3. Onderdelen en hulpstukken van wapens
Artikel 3, eerste lid, van de WWM stelt dat de bepalingen betreffende wapens mede van toepassing zijn op onderdelen en hulpstukken die specifiek bestemd zijn voor die wapens en van wezenlijke aard zijn.
Uitgaande van deze bepaling kunnen met betrekking tot vuurwapens de hierna genoemde onderdelen worden aangemerkt als onderdelen waarop de WWM van toepassing is, omdat deze onontbeerlijk zijn voor het functioneren als vuurwapen, in sterke mate de werking van het vuurwapen mede bepalen, de werking van het vuurwapen kunnen wijzigen, dan wel het vuurwapen identificeren, hetzij door ingeslagen nummers hetzij door bij het afvuren sporen achter te laten op de patroonhuls of de kogel.
Onderdelen die onder de werking van de WWM vallen zijn:
De loop en de onderdelen die bestemd zijn om een vuurwapen (vol)automatisch te doen schieten en daarnaast:
Specifiek voor de revolvers: de kast (frame), de loop en de cilinder.
Specifiek voor geweren: de kast (het frame), het magazijn, de bascule, het staartstuk, de loop en de grendel of afsluiter.
Specifiek voor pistolen de kast (het frame), het magazijn, de loop en de slede.
Voor een goed begrip wordt opgemerkt dat géén onderdeel van een wapen zijn: patroonschakels, patroonbanden, patroonhouders en laadstrips. Hieronder volgt een uitleg van deze begrippen.
Met ‘patroonschakel’ wordt gedoeld op een voorwerp geschikt om één patroon te
omvatten en te worden gekoppeld aan een andere schakel, ofwel een patroon
voorzien van een schakel zodanig dat een patroonband kan worden gevormd.
Met ‘patroonband’ wordt gedoeld op een (meestal) metalen voorwerp geschikt om
meerdere patronen zijdelings te bundelen en bedoeld om de toe- of aanvoer van
munitie in automatische wapens mogelijk te maken. Het bevat geen eigen
aanbreng- of toevoermechanisme, maar beïnvloedt het functioneren van het wapen
wel degelijk.
Met ‘patroonhouder’ wordt gedoeld op een voorwerp (bijvoorbeeld de Garand clip)
bedoeld om meerdere patronen te bundelen teneinde het vervoer en/of het laden te
vergemakkelijken en waarbij het invloed uitoefent op het functioneren van het
wapen doordat het in het wapen wordt gebracht en daar ook de functie van patroon
“houder” vervult. Een patroonhouder bevat slechts patronen en is in tegenstelling tot
een patroonmagazijn niet voorzien van enig aanbreng- of toevoermechanisme.
Met ‘laadstrip’ wordt gedoeld op een voorwerp bedoeld om meerdere patronen te
bundelen met als enig doel om het vervoer en/of het laden te vergemakkelijken,
terwijl het geen invloed heeft op het technisch functioneren van het wapen.
Het heeft nadat het wapen is geladen geen enkel nut meer