Stichting Wise Use op de bres voor jacht – De Jager, juni 2019
Een enigszins ondergesneeuwd maar daarom niet minder relevant aspect van de nieuwe Omgevingswet is het eigendomsrecht. Onlosmakelijk onderdeel hiervan is jacht. Gesteund door de publieke opinie en een aantal fors toegenomen soorten is het tijd de inbreuk op het eigendomsrecht in de huidige wet Natuurbescherming terug te draaien. Daarvoor moet de lijst met bejaagbare wildsoorten weer worden verruimd, zo betogen Hendrik Jan van Beuningen en Matthijs van Hasselt namens de Stichting Wise Use.
Tekst: Eimer Wieldraaijer
Hendrik Jan van Beuningen en Matthijs van Hasselt zijn in januari 2014 de mede-oprichters van de Stichting Wise Use (formele naam: Stichting Jacht in Nederland) omdat in hun ogen de toekomst van de jacht in Nederland in die dagen op het spel staat. Missie van de nieuwe club: publiek en politiek eerlijk informeren over jacht en voorkomen dat er besluiten over de jacht worden genomen op basis van verkeerde en soms gemanipuleerde informatie.
Bescherming
Dit alles op basis van hun vaste overtuiging dat jagers een belangrijke rol spelen in de bescherming van flora en fauna. ‘Waar gejaagd wordt is sprake van een grotere soortenverscheidenheid en een betere bescherming van flora en fauna.’ Sterker: ‘Zonder jacht is er geen wild’, aldus het standpunt van de stichting die op bepaalde dossiers samenwerkt met de Jagersvereniging, maar die nadrukkelijk ook een eigen verantwoordelijkheid kent en een eigen koers vaart.
Eigendomsrecht
Behoud van de jacht in Nederland als belangrijk, onlosmakelijk en geaccepteerd onderdeel van de maatschappij in het algemeen en het buitenleven in het bijzonder. Dat is in 2014 het doel van Wise Use, en dat is het anno 2019 nog steeds. Zeker nu de voorliggende Omgevingswet – waartoe ook de wetgeving op het gebied van jacht behoort – dezer dagen in de Tweede Kamer ter stemming komt. Evenals de Jagersvereniging is Wise Use van oordeel dat de steeds grotere regeldruk en toenemende maatschappelijke kosten van faunaschade inmiddels de spuigaten uitlopen, maar waar de stichting in de aanloop naar de politieke besluitvorming extra op hamert, is het waarborgen van het eigendomsrecht in de nieuwe wet. En jacht is een onlosmakelijk onderdeel van dat eigendomsrecht, zo stelt de stichting in een brief die op 16 mei naar alle leden van de betreffende Kamercommissie werd gestuurd (voor de inhoud zie: www.wiseuse.org).
Papierwinkel
Matthijs van Hasselt en Hendrik Jan van Beuningen lichten toe: ‘In de Omgevingswet wordt de jacht in Nederland geregeld. In dat kader hebben we in 2014 al het element van het eigendomsrecht benadrukt. Op dat moment dreigde de jacht in ons land feitelijk onmogelijk gemaakt te worden. Niet omdat het naar de letter van de wet voortaan verboden zou zijn, maar omdat er voor de vijf nog bejaagbare soorten zo’n administratie- en papierwinkel opgetuigd zou worden dat jagen feitelijk ondoenlijk zou worden. Zo zou je, bijvoorbeeld ten aanzien van de jacht op eenden, van tevoren cijfers moeten inleveren. Aan de hand van die cijfers zou dan beoordeeld worden of je al dan niet een eend zou mogen schieten. Dat wetsvoorstel zou neerkomen op het einde van de jacht. Dan zou je alleen nog beheer en schadebestrijding overhouden. Uit zorg over de toekomst van de jacht hebben we toen de Stichting Wise Use opgericht.
(Tekst loopt door onder de foto)
Publieke opinie
Omdat anderen op dat punt niet actief waren, hebben wij onze inspanningen daarbij met name gericht op het eigendomsrecht. Gelukkig is de wet die er uiteindelijk kwam, de wet Natuurbescherming, toen alsnog aangepast in die zin dat we net als voorheen nog steeds kunnen jagen op de vijf overgebleven bejaagbare wildsoorten. Nu de wet Natuurbescherming opgaat in de Omgevingswet, is het moment aangebroken om te heroverwegen of je de jachtmogelijkheden zou moeten aanscherpen of verruimen. Wij vinden op goede gronden dat er verruimd kan worden. In de loop der jaren is de publieke opinie steeds meer pro-jacht geworden, zoals diverse onderzoeken aantonen, en dat zou tot uitdrukking moeten komen in de Omgevingswet.
Zwaarwegend belang
Tot het eigendomsrecht behoort het genot van de jacht. Inbreuk op dat recht, ook door de overheid, vergt een belangenafweging. Het eigendomsrecht wordt beschermd door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daarin staat expliciet vermeld: inbreuk op het eigendomsrecht mag alleen plaatsvinden als er sprake is van een zwaarwegend algemeen maatschappelijk belang. Een belang dat zwaarwegender is dan het belang van de individuele eigenaar, die in dat geval schadeloos gesteld dient te worden. Als stichting Wise Use zeggen we: het zwaarwegende algemene belang dat in het geval van jacht zo’n inbreuk zou rechtvaardigen, wordt grotendeels gevormd door de publieke opinie. Er is immers geen ander algemeen belang aanwijsbaar dat zich verzet tegen de jacht op de huidige bejaagbare wildsoorten en tegen toevoeging van nieuwe bejaagbare wildsoorten aan de lijst.’
Intrinsieke waarde
Ook niet als je kijkt naar de intrinsieke waarde van het dier, die immers een plek heeft gekregen in onze wetgeving? Beiden: ‘We hebben nog steeds veeteelt in Nederland, en die is niet verboden. Er mag nog steeds vlees gegeten worden. Moeten we de intrinsieke waarde van een wilde eend dan laten prevaleren boven de intrinsieke waarde van een kip in de pluimveehouderij? Met andere woorden: in dat argument schuilt geen zwaarwegend algemeen belang.’
En als je kijkt naar de nertsenfokkerij in Nederland die de komende jaren wordt uitgefaseerd? ‘Waarom komt daar over een paar jaar een eind aan in ons land, hoewel de nertsenfokkerij uit het oogpunt van dierenwelzijn juist goed geregeld is? Enkel en alleen omwille van de publieke opinie. Het maatschappelijke belang dat hier speelt, is de emotie. Er zijn zoveel mensen in ons land die het fokken van dieren uitsluitend vanwege hun bont afkeuren, dat de politiek in dit geval het algemene belang sterker laat wegen dan het individuele belang van de nertsenfokker, die nu via een langjarig traject zijn bedrijf moet afbouwen. [Deze laatste passage verschilt met de passage zoals opgenomen in de gedrukte versie van De Jager van juni 2019. Helaas kon de correctie op de tekst in de gedrukte versie niet meer op tijd verwerkt worden en is daarom per abuis foutief opgenomen. Redactie website]
Ongedaan maken
Met andere woorden: het algemene belang dat zich zou verzetten tegen bejaagbare wildsoorten, is voor het overgrote merendeel gelegen in de publieke opinie. En die publieke opinie is alsmaar positiever over de jacht. De rechtvaardiging om in te breken op het eigendomsrecht wordt daarmee steeds dunner. Wat wel een rol zou kunnen spelen, is als een populatie in haar voortbestaan wordt bedreigd. Maar ook daarvan is absoluut geen sprake. Dus komen we nu op het punt dat we met recht en reden kunnen stellen: er is al langere tijd een inbreuk gaande op het eigendomsrecht – zo waren ganzen bijvoorbeeld voorheen bejaagbaar – dat het thans zaak is om, gesteund door de publieke opinie en de groeiende omvang van bepaalde populaties, die inbreuk ongedaan te maken.‘