07:54
18:58
Nachtmodus
Foto: Bente Maria Hilkens

Kattenvet tegen wintertenen – column Tinkebell in Buit

Het is ruim vijftien jaar geleden dat ik bij de wildslager aanklopte voor advies, want ik wilde een tas van de huid van mijn dode kat maken. Hoe kan ik haar het beste villen? De slager legde het uit met een konijn. Een klein sneetje in het vel van de onderbuik. En dan is het een kwestie van het jasje uittrekken. ‘Als het je lukt met die kat van je, dan mag je hier met de Kerst komen werken.’

‘Wat doe je eigenlijk met die konijnenvachtjes?’ vroeg ik de slager. ‘Niet veel meer’,  mompelde hij. ‘Vroeger verkocht ik die aan de bonthandel. En dan gingen mijn vrouw en ik van het geld op vakantie. Maar tegenwoordig wil niemand meer bont dragen, dus gooi ik het weg.’

Maanden later in een bontwinkel. In de hoek een doos met losse huiden. Pikzwart. ‘Vind je ze mooi?’ vroeg de verkoper. Ik knikte en wees hem op de kleine gaatjes die ik in elk exemplaar vond. ‘Kogelgaten’, zei hij lachend. ‘Tegen niemand zeggen: dit zijn wilde katten. Ik maak er rugbanden van want kattenhuid bevat een stofje dat helpt tegen de pijn bij een hernia. Maar omdat niemand kattenbond wil dragen, verf ik ze eerst, zodat mensen niet weten van welk dier het is gemaakt. Wist je dat het vet van een kat veel beter tegen winterhanden en tenen werkt dan het gangbare schapenvet? Maar ook hier geldt: mensen willen niks van een kat, behalve doodknuffelen en doen alsof het een klein mens is.’

Genoemde situaties stonden aan de basis van mijn ideeën over hoe tegenstrijdig ons denken en handelen vaak zijn voor wat betreft onze visie op het doden van dieren en wat je vervolgens met zo’n lichaam mag doen. Het grote verschil tussen zichtbare (wilde) dieren en dieren die achter fabrieksmuren zijn opgegroeid. Er blijken oneindig veel voorbeelden. Wist u bijvoorbeeld dat Nederland een muskusrattenuitroeibeleid heeft? Wanneer je een muskusrat (waterkonijn) tegenkomt ben je verplicht hem te (laten) doden. Maar een jager mag de muskusrat die hij vangt niet meenemen voor consumptie. Tegelijkertijd worden deze zelfde dieren elders gefokt om hun vacht (bisambont). Plofkippen van de goedkope super mag je eten, maar Schipholgans op het menu is not done want zielig. Het lijkt wel alsof, wanneer dieren in het spel zijn, de hersencapaciteit en daarmee elke redelijkheid of andere vorm van pragmatisme bij veel mensen verloren gaat.

En dat.
Vind ik problematisch.

  • Delen: