Jacht in Nederland betekent het gericht jagen op vijf wettelijk aangewezen wildsoorten binnen vastgestelde jachtseizoenen. Deze vorm van jagen is strikt gereguleerd en speelt een belangrijke rol in duurzaam wildbeheer, natuurbehoud en het voorkomen van schade aan gewassen.
De vijf wildsoorten in Nederland
De Nederlandse wetgeving staat jacht toe op de volgende vijf wildsoorten, mits binnen het jachtseizoen en onder strikte voorwaarden:
- Fazant
- Konijn
- Houtduif
- Haas
- Wilde eend
De jacht op deze soorten is alleen toegestaan met een geldige jachtakte, binnen een erkend jachtveld, en in overeenstemming met de jachtseizoenen die jaarlijks worden vastgesteld.
Wettelijke kaders en verantwoordelijkheden
Jagen is geen vrijblijvende activiteit. De jager – of beter gezegd: de jachthouder – heeft de wettelijke plicht zorg te dragen voor een redelijke wildstand. Dat betekent dat er voldoende dieren aanwezig zijn om schade aan bijvoorbeeld landbouwgewassen te voorkomen, zónder dat de instandhouding van de soort in gevaar komt.
De jachthouder is verantwoordelijk voor:
- Het naleven van de wet- en regelgeving
- Het monitoren van de wildstand
- Het voorkomen van schade door wild
- Het uitoefenen van de jacht op een verantwoorde, ethische manier
Verschil tussen jacht, schadebestrijding en beheer
Hoewel deze begrippen vaak door elkaar worden gehaald, zijn er duidelijke verschillen tussen jacht, schadebestrijding en beheer:
Jacht
- Gericht op de vijf wildsoorten
- Alleen toegestaan binnen het jachtseizoen
- Onderdeel van cultuur, recreatie en ecologisch evenwicht
Schadebestrijding
- Gericht op het voorkómen van schade aan landbouw, natuur of verkeer
- Kan het hele jaar door plaatsvinden (buiten jachtseizoenen)
- Vaak op basis van ontheffing of opdracht van een terreinbeheerder
Beheer
- Gericht op het reguleren van (groeiende) populaties
- Wordt ingezet bij overpopulatie, ecologische onbalans of maatschappelijke overlast
- Vindt vaak plaats in samenwerking met terreinbeheerders en overheden
Jachtseizoen
Het is in Nederland toegestaan om te jagen op wild tijdens het jachtseizoen. Deze seizoenen worden door de Rijksoverheid vastgesteld. In deze periode is het alle jachthouders, jagers met een jachtveld, toegestaan om de wildstand in hun jachtgebied duurzaam te benutten voor consumptie. Binnen het lokale samenwerkingsverband van jagers, de wildbeheereenheden, worden hier naar aanleiding van tellingen afspraken over gemaakt.
De wildsoorten waarop wordt gejaagd zijn haas, fazant, wilde eend, houtduif en konijn. De Omgevingswet maakt een onderscheid tussen jacht, populatiebeheer en schadebestrijding. Deze drie jachtvormen worden in de volksmond alle drie aangeduid als jacht. In het kader van schadebestrijding en beheer mag er (na expliciete toestemming van overheid of provincie) ook op andere diersoorten dan de wildsoorten worden gejaagd. Op deze pagina leest u wanneer jagers op welke diersoorten mogen jagen.
Wanneer mogen jagers op welke diersoorten jagen?
Dit wordt grotendeels per provincie geregeld aan de hand van het Faunabeheerplan. Een deel wordt ook door de Rijksoverheid vastgelegd (wildsoorten en landelijke vrijstellingen). We kunnen wel vaststellen dat wild het hele jaar verkrijgbaar is. Hieronder volgt een kort overzicht waarop is te zien wanneer welke diersoort mag worden bejaagd.
Wildsoorten:
| Houtduif | 15 oktober – 31 januari |
| Wilde eend | 15 augustus – 31 januari |
| Fazant: haan | 15 oktober – 31 januari |
| Fazant: hen | 15 oktober – 31 december |
| Konijn | 15 augustus – 31 januari |
| Haas | 15 oktober – 31 december |
Landelijk vrijgestelde soorten:
Houtduif, konijn, zwarte kraai, kauw, vos en Canadese gans: jaarrond bij schade.
Ontheffingen/provinciale vrijstellingen zoals:
- Grauwe gans, kolgans en brandgans: jaarrond met een dal in de broedperiode (grofweg maart – eind juni) en een dal in een aantal provincies in de winterperiode
- Ree: verschilt per provincie, maar in het algemeen worden de bokken in de zomer bejaagd (vanaf 1 mei tot en met september) en de geiten in de winter (vanaf januari tot en met half maart)
- Damhert: 1 augustus t/m 15 februari
- Wild zwijn: 1 juli t/m 28 februari (buiten de Veluwe en Meinweg jaarrond)
- Edelhert: 1 augustus t/m 15 februari
De rol van de jager in natuurbeheer
De jager vervult in Nederland een belangrijke rol in het behoud van balans tussen mens, natuur en wild. Door zorgvuldig beheer draagt de jacht bij aan:
- Het voorkomen van wildschade
- Het beschermen van kwetsbare ecosystemen
- Het behoud van biodiversiteit
- De monitoring van populaties
Bovendien werkt de Jagersvereniging samen met boeren, natuurorganisaties en overheden aan duurzaam faunabeheer.