De wet staat jagers toe om te oefenen. Op de “jachtakte” is vermeld dat: ”Het vervoer van de op deze jachtakte vermelde vuurwapens is beperkt tot het vervoeren tussen woning en plaatsen waar de houder van deze jachtakte bevoegd is tot jagen, of plaatsen waar hij uit anderen hoofde bevoegd is de vuurwapens te gebruiken, …”. Onder deze plaatsen valt ook de schietbaan.
Noch de wet noch de “jachtakte” schrijven voor welke vorm deze oefening kan of moet hebben, dat kan dus variëren van een individueel rondje kleiduiven, of het inschieten van de buks, tot het samen met de combinatie oefenen, of het deelnemen aan wedstrijden. Dat daarbij een competitie-element meespeelt is niet van belang: voor de jager gaat het om de oefening en hij dient daarvoor elke gelegenheid aan te kunnen grijpen.