06:23
20:50
Nachtmodus

Ganzen

In Nederland komen de laatste jaren ongekend hoge aantallen ganzen voor. In de winter kan dit oplopen tot bijna 2,5 miljoen winterganzen en in de zomer tot 630.000 zomerganzen. Wanneer daar ook nog de zwanen, smienten en meerkoeten bij worden geteld dan zijn er in de winter dus ruim 3 miljoen grasetende vogels aanwezig. Ze leven grotendeels op economische graslanden en akkers. Op het grasland van agrariërs verorbert één gans ongeveer 500 gram vers gras per dag. Ganzen foerageren ongeveer tien uur per dag, vanwege de beperkte spijsvertering poept een gans iedere vier minuten. Zo zorgen ganzen voor vraatschade en doen zij de voedingswaarde van graspercelen afnemen door hun uitwerpselen. Jaarlijks bedraagt de ganzenschade in de landbouw circa 70 miljoen euro, waarvan een beperkt deel wordt vergoed. Geschoten ganzen leveren een uitstekende basis voor heerlijke wildgerechten. Alle geschoten ganzen worden benut, het overgrote merendeel komt in particuliere en restaurantkeukens terecht.

Nederland heeft een internationale verantwoordelijkheid om een minimum aantal ganzen te herbergen. De daadwerkelijke aantallen zijn vele malen hoger dan het afgesproken minimum.

Standpunt van de Jagersvereniging

  • De Jagersvereniging vindt het belangrijk dat Nederland internationaal verantwoordelijkheid neemt voor het duurzaam in stand houden van de populaties overwinterende en zomerganzen.
  • De jaarlijkse aanwas van de jaarrond in Nederland verblijvende ganzen bedraagt nu meer dan 400.000 stuks. De aantallen winterganzen nemen de laatste jaren ook toe. De aantallen ganzen bevinden zich hiermee ruim boven de duurzame staat van instandhouding, dus kan de ganzenpopulatie duurzaam worden benut tijdens een vast te stellen jachtseizoen.
  • Naast duurzame benutting dient, in verband met de omvang van de ganzenpopulatie, buiten het vast te stellen jachtseizoen schadebestrijding mogelijk te blijven. Lokaal kunnen met vangacties in de ruiperiode van de ganzen (juni-juli) veel dieren in één keer worden gevangen, dit is echter beperkt in tijd, ruimte en geld.
  • De Jagersvereniging vindt dat alle betrokken partijen moeten bijdragen aan een slagvaardige ganzenbejaging, met ruime middelen voor de uitvoerders. Verjaging kan een ondersteunend middel zijn, maar is geen oplossing om op de langere termijn schade te voorkomen. Ganzen verplaatsen zich bij verjaging vaker en dat kost extra energie. Bovendien stopt het de jaarlijkse aanwas van honderdduizenden ganzen niet.

Wat doet de Jagersvereniging?

De Jagersvereniging stimuleert haar leden en lokale jagersverenigingen (WBE’s) om samen met provincies, boeren en terreinbeheerders afspraken te maken over nuttige, effectieve ganzenbejaging. Jagers zijn geen schietknechten in dienst van de overheid, maar bejagen ganzen op verantwoorde wijze om te benutten waar ruimschoots voldoende van is.